Ik volgde een interessante vorming over NT2 (Nederlands als tweede taal), taalniveaus en laaggeletterdheid.
Misschien denk je nu: NT2, dat is toch iets voor anderstaligen op de schoolbanken? Wat heeft dat te maken met mijn organisatie of bedrijf?

Meer dan je denkt…

In Vlaanderen is 1 op 7 volwassenen laaggeletterd. Dat is veel. Maar de cijfers zijn nog onthutsender. 12% van de mensen die een baan hebben, zijn laaggeletterd. 19% van de mensen die werken, hebben problemen met een technologierijke omgeving (‘de computer’).

Wat is laaggeletterdheid?

Iemand die laaggeletterd is, kan wel lezen en schrijven maar heeft meer moeite om bijvoorbeeld overheidsbrieven te begrijpen, tabellen te lezen (het uurrooster van de trein) of digitale teksten te lezen op een scherm. Laaggeletterdheid staat los van anderstaligheid. Wie laaggeletterd is, is dat ook in de moedertaal.

Waarom is iemand laaggeletterd? Vaak zijn er socio-economische redenen zoals opgroeien in een laaggeschoolde omgeving. Maar ook medische redenen zoals concentratieproblemen of dyslexie liggen aan de basis van laaggeletterdheid. Of wat dacht je van deze cijfers: 3% van de hooggeschoolden is laaggeletterd, 8% van de hooggeschoolden heeft problemen met een technologierijke omgeving.

Heeft jouw bedrijf een website waarmee je klanten wilt aantrekken? Verkoop jij fantastische producten die je aanprijst op een webshop, in nieuwsbrieven en in flyers? Stel jezelf dan de vraag: bestaat de kans dat iemand in jouw doelpubliek laaggeletterd is?

Wat doe je nu met deze informatie?

Zorg ervoor dat iedereen in jouw doelpubliek jouw website, nieuwsbrieven en brochures begrijpt. Moet je dan andere teksten schrijven? Ja. Vermijd vakjargon, leg de dingen eenvoudig uit, schrijf actief en maak korte zinnen. Ook lay-out draagt bij tot een grotere leesbaarheid.

Geen idee hoe je hieraan begint? Vraag een tekstschrijver om hulp. Liefst iemand die weet hoe je klare taal schrijft voor iedereen. Of je nu hoogbegaafd bent, dyslexie hebt, een ingenieursdiploma op zak of tafels en stoelen maakt: iedereen leest de informatie over – ik zeg maar wat, een nieuwe wasmachine – het liefst in duidelijke en begrijpelijke taal.